MIJN VROUW VOOR EEN BUGATTI. DE VERZAMELAAR ALS BEWAKER VAN HET HISTORISCH ERFGOED.

Geplaatst op 1 januari 2010 door Klaas Kornaat
In deze op aanvraag beschikbare lezing een overzicht van geschetste eenzaamheid van de verzamelaar, de wording van fascinerende collecties, vooral aan de hand van Klaas Kornaat's eigen verzameling historisch drukwerk.
Een beetje wereldvreemde figuur die op een stille zolder nutteloze zaken koestert. Wanneer ik thuis uit mijn raam kijk begrijp ik waarom dit hardnekkige beeld zich heeft vastgezet. Ik woon naast een van Nederlands succesvolste handelaren in modeltreinen en wanneer er iemand in de straat zijn auto parkeert (dit is een exclusieve mannenwereld) dan zie ik meteen of hij bij mijn buurman moet zijn. Zijn blik en houding vormen de lichaamstaal van opwinding, jongensachtige blijheid, hebzucht en geheimzinnigheid. Doelbewust gaan deze verzamelaars naar binnen om geruime tijd later, meestal met een plastic zak, naar buiten te komen. Een kleine zak omdat het spul (en stuk rails, een locomotief, een wagon) peperduur is, maar steevast kunnen de mannen hun extase nauwelijks verbergen: ze hebben gescoord.
 
Programma’s als ‘Showroom’, ‘Het Pakhuis’ en ‘Tussen Kunst en Kitsch’ werken slechts als bevestiging van geschetst clichébeeld. De kijkers zagen merkwaardige excentriekelingen die geheel opgingen in hun passie: het verzamelen van teddyberen, melkcupdeksels, testbeelden, foto’s van onweer, kleine fluiten (de heer Visser werd er verzamelaar van het jaar mee). Mooie televisie was het zeker. De meeste verzamelaars zien zichzelf, mede door het onbegrip van de buitenwereld, vaak als miskende deskundige, zonder respect vanuit serieuze instellingen als musea die eigenlijk alleen maar geïnteresseerd zijn om na hun dood de krenten uit de pap te komen halen. 
 
Toch hebben de meer getalenteerde verzamelaars een mix van unieke eigenschappen die de professional in museum of archief vaak mist. Zij hebben groot geduld, schier oneindige kennis van zaken, aandacht voor detail en een legendarische vasthoudendheid. Henk Hofland schetste de miskenning van deze vreemde mensensoort eens als volgt: 
‘De levensgeschiedenis van een verzamelaar is vaak meeslepende, zelden opgewekte lectuur. Meeslepend door de toewijding, liefde, hartstocht, energie, toenemende deskundigheid en kieskeurigheid waarmee zo iemand de voorwerpen van zijn begeren binnen zijn muren haalt; treurig stemmend omdat weinig zo manifest eindig is als een verzameling. De eigenaar is de unieke magneet die dat bezit bij elkaar houdt. Eigenaar dood, magnetisme weg. Het geheel vliegt uit elkaar zoals het de aarde zou gebeuren als de zwaartekracht werd opgeheven. Dan wordt alles verkocht. Dat wil zeggen: ieder stuk staat weer op zichzelf, onbeschermd, wordt geschat, bekeken, ondergaat de vernedering van de koopwaar. Het is maar goed dat de verzamelaar het allemaal niet meer hoeft mee te maken. Wel kun je je in de verte nog voorstellen, hoe hij zich heeft gevoeld bij het afscheid van zijn aardse kostbaarheden.’
 
In deze lezing een overzicht van geschetste eenzaamheid van de verzamelaar, de wording van fascinerende collecties, vooral aan de hand van sprekers eigen verzameling historisch drukwerk. Tegelijk een pleidooi voor het met elan samenwerken: de verzamelaars van hun zolders, het museumpersoneel uit hun glazen huizen. Niet denken in eenzijdige concepten en ‘experiences’ maar vanuit de eigen thema’s komen tot reconstructies en opstellingen, natuurlijk met gebruik van alle technische mogelijkheden en expositievormen. Het publiek is moe van de 7-sterren-ervaring. Men wenst een overweldigende verrassing, geschiedenis zelf is fascinerend genoeg, niets is zo sterk als originaliteit en authenticiteit van het verhaal zelf.
Terug naar de basis van de historie zelf in een visuele achtbaan van het erfgoed dat niet verloren mag gaan.
 
Bericht geplaatst in: artikel, lezingen