GUERRILLA IN DE SIERRA MAESTRA

Geplaatst op 3 september 2009 door Merel Haasnoot
Guerrilla in de Sierra Maestra
Vanuit de Sierra Maestra begint Fidel Castro een op het eerste gezicht kansloze strijd. Drie jaar later is hij president.

In 1934 komt dictator Batista aan de macht in Cuba. Onder zijn bewind worden mensenrechten grof geschonden. De oppositie groeit met de dag. In 1953 wordt Fidel Castro actief in het verzet. Hij wordt gevangen genomen na een mislukte aanval op een kazerne. Hij krijgt vijftien jaar celstraf maar komt na twee jaar door gratie vrij. Na zijn vrijlating ontmoet hij de Argentijnse arts Ché Guevara. Samen bereiden zij een nieuwe opstand voor.

Op een motorjacht trekken zij vanuit de VS naar Cuba maar door slecht weer komen ze te laat aan: de opstand mislukt. Twaalf rebellen, waaronder Fidel en Ché, blijven over en duiken onder in het Sierra Maestra gebergte. Ik sluit me bij hen aan. Met hulp van de boeren stichten we een basis en vanuit daar worden nieuwe plannen gemaakt. Het leven op de Sierra Maestra is alles behalve luxe.

Onze maaltijden bestaan uit een half worstje en 2 crackers per persoon. We bouwen hutten van takken en maken waterputten. Er wordt veel gejaagd om aan voedsel te komen. We zijn vermagerd en verwilderd, maar nooit eerder zo vastberaden. We spreken tijdens onze tochten met de boeren en krijgen steeds meer steun van het volk. Door deze overlevingstocht word ik een echte krijger. Ik ben voor niets of niemand meer bang en bereid te vechten tot het bittere eind. In juli 1958 wordt de aanval ingezet. We veroveren de ene stad na de andere en worden als helden onthaald. Bijna overal in de wereld wordt positief gereageerd. Batista’s troepen werden verslagen en de dictator vlucht naar Florida.



Illustratie: Merel Haasnoot

¡Viva la Revolución! is het afstudeerproject van illustrator Merel Haasnoot. Dit project is ontstaan vanuit haar liefde voor geschiedenis en haar fascinatie voor opstanden en revoluties.

In een serie illustraties verbeeldt Merel revoluties, opstanden en protesten die haar aanspreken.
Soms door de slimheid van de actievoerders, soms door hun moed of humor. Steeds neemt Merel het standpunt in van de ‘gewone man’ die het opneemt tegen een ogenschijnlijk onverslaanbare vijand, de heersers van het land.

Er is nog een rode draad in het verhaal: in elke afbeelding is een meisje in een rode trui te zien. Bij elke afbeelding hoort ook een interview met dit meisje. Via deze ik-figuur (die op de illustrator is gebaseerd) kun je de revoluties en opstanden beleven alsof je er middenin staat.

Bericht geplaatst in: artikel