IRAN, PALESTINA EN EEN OUDE VETE ROND HEGEMONIE

Geplaatst op 11 februari 2008 door Jeannick Vangansbeke
Jeannick Vangansbeke bespreekt vier werken over de Palestijnse kwestie

Schijn bedriegt. Dankzij het Oslo-proces kon Israël de bezetting van het grootste deel van de in 1967 ingenomen gebieden - de Westelijke Jordaanoever, de Gazastrook en Oost-Jeruzalem - bestendigen. De Palestijnen moesten genoegen nemen met een verzameling enclaves omsingeld door Israëlische troepen en joodse nederzettingen. Van een levensvatbare Palestijnse staat was geen sprake. De Palestijnen bleven echter hun verloren dromen koesteren en hun houding tegenover de Israëli's werd er niet milder op. De joden van Israël moesten hun zoektocht naar veiligheid en geborgenheid voortzetten. In juli 2000 deden Israël en de Palestijnen in Camp David een laatste poging om de beloftes van 1993 te redden.

Het werd een jammerlijke mislukking die uiteindelijk leidde tot het uitbreken van een nieuwe confrontatie, de Al Aqsa-intifada. Hij analyseert de voortgaande Israëlische kolonisatie, de Palestijnse zwakte, de gemiste kansen en de kortzichtigheid van beide partijen. Zijn mening dat het conflict tussen Israël en de Palestijnen zal blijven voortbestaan totdat beide zijden kunnen worden overgehaald tot een nieuw vredesproces, dat uitgaat van het principe van gelijkheid tussen beide volkeren, staat als een huis. Ondertussen moeten de Palestijnen overleven en daarin speelt het geostrategische kader een rol.

Iran en Israël wedijveren om de leidende rol in de regio. Trita Parsi, voorzitter van Iranian American Council, bracht mooi in kaart hoe de geopolitiek de ideologie parten speelde. De sjah leunde aan bij de joodse staat om zich de Arabische vijand van het lijf te houden, maar wijzigde langzaam zijn houding na 1967. Het laten vallen van de Koerden en de Israëli’s leidde tot toenadering tot Irak, maar ironisch genoeg herstelde de Iraans-Iraakse oorlog na de revolutie van Khomeiny de oude banden. De joodse lobby in de VS kantte zich tegen de groep rond Rumsfeld die pro-Saddam was. De 200 000 Perzische joden reizen vaak over en weer tussen Tel Aviv en Teheran via Ankara. Nu is de toestand meer te vergelijken met de laatste jaren van het sjahregime, waarbij Iran zich richt tot de Arabische massa’s. Die kantten zich fel tegen Israël.

Niet dat de zionisten al niet vanaf 1920 Arabische delegaties, journalisten en andere opiniemakers met geld en argumenten aan hun kant kregen. Hillel Cohen, opgegroeid tussen settlers en Arabieren, bracht hun geschiedenis indringend in kaart. Zijn Hebreeuwstalige boek is in het Engels vertaald en draagt sterk bij tot het begrijpen van de enorme complexiteit van de geschiedenis. We verwijzen naar onze bijdrage over tekstinterpretatie als sleutel voor oorlog en vrede, in een lezing van het boek van Egbert Talens: http://www.geschiedenis.nl/index.php?option=com_content&task=view&id=1831&Itemid=17

De tragische strijd van Palestijnen tegen het Palestijns nationalisme, het veelvuldig verraad van én aan deze bondgenoten van Israel is history from bottom up, die beklijft. Het enige boek dat het benadert, is een roman, het schitterende De bevrijdende bruid van A. Yehoshua. Dezelfde dilemma’s maar nu verteld door een Joods-Israelische professor Arabistiek. Soms is zijn kritiek striemend; zo legt hij zijn sympathieke hoofdfiguur in de mond: ‘Als je hier zou wonen, zou zien hoe met jouw belastinggeld dubieuze talmoedscholen worden gefinancierd, vol met parasitaire studenten die niets uitvoeren en vaak gewelddadig zijn, zou je anders piepen’.

Tenslotte het Palestijnse verzet. Behalve de stilaan gekende geschiedenis van de familie Husseini, waaruit de vrome moslim Yasser Arafat voortkwam, is er Hamas. Dat wilde het succesvolle Kosovaarse UCK naäpen in 2000 en de PLO volgde. Na het verdwijnen van de Sovjetunie, is de islam de enige leer die de wereld(wan)orde aanvecht. Dat zelfmoordterroristen, die sinds 1993 door Hamas op pad worden gestuurd, een eliminatie van een heel volk, dat wordt betoogd door de Duitse Künzel. Dat bezettersvolk dat volgens hen toch geen onderscheid maakt tussen wie wel wapens draagt en wie niet, wordt consequent de nazi-zionisten genoemd door Hamas. Een vorm van projectie? Künzel besteedt ook veel aandacht aan de Palestijnse handboeken geschiedenis. Tegenover de wanhopig makende non-fictie die we hier bespraken, kan enkel het eeuwige optimisme van de verbeelding, zoals in de literatuur bij o.a. Yehoshua, weerwerk bieden!

Trita Parsi, Treacherous Alliance : secret dealings of Israel, Iran and the US, Yale: University press, 2007

Hillel Cohen, Army of Shadows: Palestinian Collaboration with Zionism, 1917-1948, University of California Press, 2007

Matthias Künzel, Jihad and Jew-hatred: Islamism, Nazism and the roots of 9/11 New York: Telos Press, 2007

Abraham Yehoshua, De bevrijdende bruid, Amsterdam: Wereldbibliotheek, 2007

Bericht geplaatst in: boekrecensie