SINT MAARTEN VAN DER WEIJDEN

Geplaatst op 23 augustus 2018 door Reinard Maarleveld
Sint Maarten van der Weijden
De Heilige Clemens moet zijn zendingsdrang met de dood bekopen

Een heiligverklaring ligt voor de hand.

Na de heroische prestatie van Maarten van der Weijden gaan er stemmen op om hem nu al tot Sportman van het jaar 2018 uit te roepen. Een mooi idee maar het gaat mij niet ver genoeg. Een heiligverklaring ligt meer voor de hand.

Een heilige is een inspirerend voorbeeld voor gewone stervelingen. De heilige is immers ooit als gewone jongen begonnen maar is door een bijzondere prestatie uitgegroeid tot een superheld. De publieke belangstelling voor de onmogelijke zwemtocht was massaal en bleef groeien. Mensen vertrokken in een opwelling naar Friesland om het zwemwonder te aanschouwen en hem aan te moedigen. Velen waren ontroerd en verbijsterd door zoveel toewijding aan een prachtig ideaal.

“Ook aan mijn lijden zit een grens” schijnt Maarten onderweg te hebben uitgesproken. Dat komt al aardig in de buurt van de twijfel van Jezus die, in de tuin van Gethsemane, God vraagt of de beker niet aan hem voorbij kan gaan. De heilige in wording worstelt met zijn noodlot. Pas na aanvaarding van het onvermijdelijke en de overgave volgt de ontstijging aan de menselijke maat.

Voor Maarten de Heilige was het noodzakelijk dat hij na 163 kilometer opgaf. Wanneer hij het had gehaald was het een menselijke sportprestatie geweest. Weliswaar buitengewoon, maar haalbaar voor goed getrainde atleten. Maar Maarten is ver voorbij de grens van topsport gegaan. Uiteindelijk dwong een arts hem te stoppen. Zijn lichaam was versleten.

De foto waarop Maarten met gesloten ogen op bed ligt terwijl zijn vrouw zijn gezicht tussen haar handen neemt is het klassieke tafereel van een kruisafnemening. Zijn lijden is volbracht. Hier is de Mens Maarten in transitie naar de Heilige Maarten. Drie uur later (drie dagen had hij niet nodig) is hij opgestaan om als heilige de waterweg naar Leeuwarden te vervolgen.  

Een zwemkampioen als heilige? Er is het verhaal van Sint Clemens die rond 100 na Christus leefde in Rome en een actief prediker was. Keizer Trajanus kreeg er genoeg van en verbande Clemens naar de Krim alwaar hij doorging met het bekeren van mensen tot het christendom. Daarop werd hij in een bootje gezet en middenop de Zwarte Zee overboord gegooid met een anker om zijn nek. Wonder boven wonder werd hij door zijn volgelingen de volgende dag alweer aan de vloedlijn gezien. Een buitengewone prestatie maar we moeten ervan uitgaan dat deze wonderbaarlijke zwemtocht (met of zonder anker) niet heeft plaatsgevonden.

Er is natuurlijk al een Sint Maarten. Hij was aan het einde van de vierde eeuw bisschop van Tours. Tijdens een bezoek aan Amiens zou hij zijn lastig gevallen door een bedelaar die hem smeekte om bescherming tegen de kou. De heilige man sneed toen met zijn zwaard zijn mantel doormidden en gaf de helft aan de bedelaar. Een nobel gebaar, maar de moderne Maarten is wel wat verder gegaan.

Voorwaarde voor een heiligverklaring is dat er twee wonderen zijn verricht. Het eerste wonder is dat Maarten na zijn ziekte Olympisch kampioen werd. Het tweede wonder is dat hij het verzuurde, verdeelde Nederland heeft verenigd door te laten zien hoe ver je kunt komen als je gelooft in het goede. Hij heeft ons laten zien dat er een betere wereld mogelijk is. Paus Franciscus kan er niet omheen. Wen er maar vast aan: “Sint Maarten van der Weijden.”

Bericht geplaatst in: column