RUTGER BREGMAN: DE GESCHIEDENIS VAN DE VOORUITGANG

Geplaatst op 1 april 2013 door Reinard Maarleveld
Rutger Bregman: de geschiedenis van de vooruitgang
Na 413 pagina's van De geschiedenis van de vooruitgang van de 24-jarige Rutger Bregman schieten er tegenstrijdige en verwarrende gedachten door mijn 56-jarige hoofd.
Rutger Bregman op de omslag van De geschiedenis van de vooruitgang (foto: Keke Keukelaar).

Bijvoorbeeld: 

- "Wat een geweldige prestatie om de hele wereldgeschiedenis op deze manier samen te vatten."
- "Als je met zevenmijlslaarzen door de geschiedenis loopt kom je niet veel verder dan het samenvatten van tijdvakken. Voor niet-historici mogelijk heel interessant. "
- "Wat is deze jongeman enorm belezen en wat heeft hij een geweldige feitenkennis."
- "Heeft hij dat allemaal gelezen? Of is het bij elkaar Gegoogled en achteraf tot een literatuurlijst verwerkt?
- "Een historicus aan de borreltafel. Vlak voor sluitingstijd."
- "Hij kan wel schrijven. Wat een mooie vergelijking."
- "Waar komt die romantische hang naar een betere wereld vandaan?"
- "Hij kijkt de verkeerde kant op. Ik ken zoveel mensen die zich laten leiden door hun idealen."
- "Is het toeval dat hij dezelfde initialen heeft als zijn held Bertrand Russell?"
- "Wees blij dat de wereld geen zin heeft!"
- "Als je opschrijft: 'De verzamelaars en jagers waren daarentegen nog behoorlijk relaxed over seks', dan ben je niet bang om uit de bocht te vliegen."

Terug naar de feiten. Bregman heeft een indrukwekkend boek geschreven dat een overzicht geeft van de ontwikkeling (de vooruitgang) van de mensheid en besluit met de vaststelling dat we toe zijn aan een nieuw vooruitgangsgeloof. 

Bregman begint zijn verhaal met een citaat van Bertrand Russell. Vrij vertaald komt het erop neer dat de mens een hoger ideaal nodig heeft (in plaats van religie). Anders wordt het leven oninteressant en triviaal, gericht op zelfbevestiging. Volgens Bregman is dat in het huidige tijdsgewricht aan de hand. We hebben geen Grote Verhalen meer. De oude ideologieen (kapitalisme, socialisme, liberalisme, conservatisme) hebben afgedaan. We moeten op zoek naar een nieuw "bestendig vooruitgangsgeloof" en "nieuwe vormen van globaal leiderschap".

De wereld is in alle opzichten vooruitgegaan, zegt Bregman, zij het dat er regelmatig "vooruitgangsvallen" moeten worden overwonnen. In onze tijd is de grootste vooruitgangsval de klimaatcrisis. Bregman waarschuwt dat we niet, net als de bewoners van Paaseiland en de Maya's, ons eigen leefgebied moeten vernietigen. 

De geschiedenis van het geloof in de vooruitgang vertelt Brugman aan de hand van de geschiedenis van de Europese denkers en schrijvers. Na de wetenschappelijke revolutie van de zeventiende eeuw (Bacon, Descartes) wordt de Verlichting (de Franse "philosophes") behandeld. Met de Franse revolutie van 1789 en de Napoleontische oorlogen gaan de moderne ideeen heel Europa over. De industriele revolutie leidt tot een ongekende materiele vooruitgang, zichtbaar gemaakt in de Wereldtentoonstelling van Londen (1851). Bregman brengt in de eerste drie hoofdstukken niets nieuws maar geeft wel een mooie samenvatting van de Europese ideeenvorming over vooruitgang. 

Vanaf het vierde hoofdstuk betrekt Bregman steeds meer zijn persoonlijke visie op de eigen tijd in het verhaal. En die visie is somber. Het gevoel tot "een collectief" te behoren is verdwenen. Het kapitalisme was de motor van de vooruitgang maar is verworden tot een gecorrumpeerde vorm waarin graaien centraal staat. Het liberalisme staat voor negatieve vrijheid: doe je ding en wees jezelf. Trek je niets aan van de ander. Onderwijs behandelt studenten als economische grondstof en het negentiende-eeuwse Bildungsideaal is vervangen door "cv-building" en "academisme" (steriel volgen van de regels van de universiteit). 

Bregman concludeert dat op alle fronten (materieel, intellectueel, institutioneel, fysiek) de samenleving de afgelopen eeuwen vooruit is gegaan. Daarvoor voert hij veel bewijzen aan die hier en daar wijdlopig worden gepresenteerd. Er zullen niet veel Europeanen zijn die de vooruitgang van de afgelopen eeuwen niet herkennen.

In het laatste hoofdstuk voert hij een pleidooi voor een nieuwe benadering van het vooruitgangsgeloof. Die nieuwe benadering zou moeten bestaan uit "dromen van een betere wereld" en het nemen van "maatschappelijke verantwoordelijkheid". Dit zou moeten leiden tot nieuwe "zingevingsverhalen." Bregman omschrijft zijn toekomstbeeld als een "iconoclastische utopie". Daarmee bedoelt hij dat er geen scherp beeld (icoon) is van het einddoel maar dat het erom gaat in de richting te gaan van een betere samenleving. Het inslaan van die richting is belangrijker dan het uiteindelijke doel.

Als lezer blijf je dan toch zitten met vragen. Waar komt dat donkere beeld van de eigen tijd vandaan? Een historicus moet toch ook afstand kunnen nemen. Wanneer je, zoals Bregman doet, de holocaust en twee wereldoorlogen in een perspectief van uiteindelijke vooruitgang plaatst, kun je toch ook de huidige economische crisis in een breder verband zien? Ook in de zeventiende en achttiende eeuw kenden Europese staten staten "bubbles" en faillissementen. En waarom is er behoefte aan zingeving? Jaap van Heerden schreef in 1990 het boek "Wees blij dat het leven geen zin heeft" waarin hij aantoont dat het het einde van de religie geen tekort is (zoals Bregmans held Russell meent) maar juist een bevrijding. En misschien verkeer ik in een uitzonderlijke situatie maar de mensen die ik wat beter ken (zakelijk en prive) zijn volop bezig met vrijwilligerswerk, muziek, sport, film en literatuur. Elke avond, sla de lokale kranten erop na, zijn er voordrachten, lezingen, toneelstukken, uitvoeringen, manifestaties. Toegegeven: miljoenen mensen hangen met overgewicht voor de buis, maar tegelijkertijd gaan steeds meer mensen hardlopen of fietsen. Loopevenementen als de Rotterdam Marathon of CityPierCity trekken tienduizenden deelnemers. Het "graaiende" bedrijfsleven is daarbij de onmisbare sponsor. Het jeugdorkest van mijn school, het Koninklijk Conservatorium in Den Haag, wordt al jarenlang ondersteund door Siemens Nederland. Commercieel gezien levert dat het bedrijf echt niets op. Het is eenvoudig "hart voor cultuur."

Misschien ziet Bregman het te somber in en heeft hij teveel werken met een kritische kijk op de 21e eeuw gelezen. Als een nieuwe Don Quichotte slingert hij zich op zijn Rosinante om in naam van Bertrand Russell (als vervanger van Dulcinea van Toboso) de wapens op te nemen tegen de windmolens die een betere wereld in de weg staan. Dat levert in ieder geval een mooi verhaal op.

Rutger Bregman
De geschiedenis van de vooruitgang
ISBN: 978 90 234 7754 9
 288 pagina's 
Paperback
Uitgeverij De Bezige Bij
€ 22.90




Bericht geplaatst in: artikel, pas verschenen, boekrecensie